Hoe lang een kind alleen kan spelen hangt af van de leeftijd. Basisschoolkinderen kunnen dat vaak al goed, zeker als ze iets doen wat ze boeiend vinden, zoals computerspelletjes of knutselen. Ook samen spelen gaat meestal steeds makkelijker. Van samen spelen leren kinderen zich inleven in anderen, rekening houden met elkaar, samen delen, op hun beurt wachten en samenwerken.
Ieder kind is anders
Hoe en hoe lang kinderen samen of alleen spelen is ook afhankelijk van hun karakter. Sommige kinderen willen veel bewegen, houden van wilde spelletjes en spelen het liefst buiten. Andere kinderen spelen liever in een rustige omgeving of kunnen uren lezen. Ieder kind is anders. Kijk naar je kind en pas je verwachtingen daar op aan.
Alleen spelen
Vanaf een jaar of 4, 5 houden kinderen van afwisseling maar ze kunnen ook best al een tijdje alleen bezig zijn. Verwacht niet te veel: een halfuur is lang. Je kunt kinderen leren om langer alleen te spelen. Speel bijvoorbeeld even samen en zeg daarna dat je kind nu even zelf moet spelen. Vertel wat jij gaat doen en wanneer je je kind weer aandacht geeft. Zeg bijvoorbeeld: ‘Ik ga nu aardappelen schillen. Speel jij nog maar even met je lego. Als ik klaar ben met het schillen, gaan we samen de champignons snijden.’ Reageer positief als je kind een tijdje alleen heeft gespeeld. Ook tijdens het spelen kun je een compliment of aai over de bol geven, maar stoor het spelen niet. Vertel dat je het fijn vindt dat je kind zo goed alleen speelt.
Als kinderen wat ouder worden, kunnen ze vaak steeds langer alleen spelen. Ze geven ze meestal duidelijk aan wat ze leuk en uitdagend speelgoed vinden. Als ouder kun je dingen in huis halen waar ze veel mee kunnen doen, zodat ze lange tijd achter elkaar door kunnen spelen.
Verveling hoort erbij
Het is onvermijdelijk dat kinderen zich af en toe vervelen en hangerig zijn. Dat hoort erbij. In zo’n bui vindt je kind waarschijnlijk alles ‘saai’. Benoem het gevoel van je kind en geef daarbij aan dat het zelf een oplossing moet vinden. Doe af en toe iets leuks alleen met je kind, zonder de andere gezinsleden. Kinderen waarderen die speciale aandacht en zijn dan vaak minder ‘dwingend’ op momenten dat ze zich vervelen.
Samen spelen
Vanaf een jaar of 4 lukt het kinderen beter om samen te spelen. Thuis, op straat, in de speeltuin, bij spelletjes en op school gelden regels. Ze hebben elkaar nu ook echt nodig bij het spel. Al spelend leren ze rekening met elkaar te houden. Vooral kleuters spelen vaak inbeeldingsspelletjes waarbij ze ‘doen alsof’. Dit is goed voor hun fantasie en spelenderwijs leren ze zo met de werkelijkheid omgaan. Oudere kinderen kunnen steeds beter ‘rollen’ verdelen en gaan regels met elkaar afspreken.
Spelletjes
Veel gezelschapsspelletjes zijn geschikt voor verschillende leeftijden. Voor de band met je kind is het goed om samen spelletjes te doen. Dat kan bijvoorbeeld ook met het hele gezin, of je kunt kinderen samen een spel laten spelen.
Spelletjes zijn niet alleen leuk maar ook leerzaam. Je kind leert bijvoorbeeld spelenderwijs steeds beter tellen, onthouden en oplossingen bedenken. Ook is een spel een wedstrijd. Iedereen die meedoet, wil graag winnen. Kinderen leren zo dat ze ook wel eens kunnen verliezen en hoe ze daarmee om kunnen gaan.
