Houdt jouw kind van buitenspelen? Voor kinderen vanaf 4 jaar is het goed om elke dag minstens een uur te bewegen. Dat kan heel goed buiten. Wat kan je kind buiten doen? Hoe bescherm je ze maar laat je ze toch ook uitdagend spelen en zelfstandig worden?
Waarom is buitenspelen goed voor je kind?
De frisse lucht is heel gezond en zonlicht op de huid zorgt voor vitamine D. Buitenspelen helpt om overgewicht te voorkomen en is goed voor de motorische ontwikkeling. Door met andere kinderen buiten te spelen wordt je kind sociaal sterker. Bewegen is ook belangrijk voor de gezondheid.
Wat is er buiten te doen?
Kinderen vinden het vooral fijn om te fietsen, te voetballen, te skaten, buitenspelletjes te doen, verstoppertje te spelen en naar een speeltuin te gaan. Of je kind houdt van badmintonnen, frisbeeën of volleyballen. Ga ook eens naar een plek waar je kind kan spelen met zand, water en takken, of boomstammen waar je op kunt klimmen. Daar kan je kind op ontdekkingstocht en zijn fantasie goed gebruiken. Een schommel of trampoline in de eigen tuin of de speeltuin zijn ook fijn. Ook in de winter. Hoe zorg je dat je kind veilig op de trampoline kan? Kijk op Kinderveiligheid.nl voor adviezen over de tuintrampoline.
Slecht weer? Goede kleding!
Ook als het koud is, regent of waait kan je kind buitenspelen. Laarzen, regenkleding en in de winter handschoenen en mutsen zorgen ervoor dat je kind droog en warm blijft.
Bij koud weer is het fijn om meer lagen kleding aan te hebben.
- De eerste laag moet goed op het lichaam aansluiten. Zorg ervoor dat het hemd van je kind in de broek gestopt zit. Zo kan er geen koude wind over de rug.
- Bij heel koude temperaturen kun je kiezen voor thermo-ondergoed.
- Kies hierna voor een T-shirt met lange mouwen met daarover een trui of vest.
- Winterjas erover en je kind heeft genoeg lagen aan om lekker naar buiten te gaan.
Krijgt je kind het warm van het spelen, dan kan er een laagje tussenuit.
Warme voeten zijn belangrijk, dus geef je kind goede schoenen van waterafstotend materiaal aan. Regenlaarzen zonder voering zijn koud. Extra dikke sokken of speciale laarzenslofjes zijn dan een oplossing.
Een muts is veiliger dan een capuchon. Er zitten geen koordjes aan, die tussen speeltoestellen kunnen raken. Bovendien kan je kind beter om zich heen kijken, doordat zijn ogen niet bedekt worden als hij of zij het hoofd omdraait. Let ook op dat de sjaal niet tussen fietswielen of speeltoestellen kan komen.
Wanten zijn warmer dan handschoenen, maar soms minder handig omdat je kind de vingers minder goed kan gebruiken.
Ga ook eens samen wandelen in de regen of kou. Daarmee geef je het goede voorbeeld. Kinderen vinden guur weer meestal helemaal niet erg.
Jonge kinderen buiten
Voor jonge kinderen is een vertrouwde en afgesloten plek de ideale speelplek. Kleuters weten nog niet goed wat gevaar is. Het is daarom verstandig om in de buurt te zijn en op je kind te letten. Voor kinderen is het heerlijk om de wereld al spelend te ontdekken. Als je steeds verbiedt wat je kind wil doen, leert je kind risico’s niet zelf herkennen.
Lood in de grond? Laat je kind het niet binnenkrijgen
Als kinderen t/m 6 jaar lood binnenkrijgen, ontwikkelen hun hersenen zich minder goed. Het is dus belangrijk dat kinderen zo weinig mogelijk lood binnenkrijgen. Dat geldt ook voor als je zwanger bent of wilt worden. Het is belangrijk dat je geen loden waterleidingen hebt. Maar op veel plaatsen in Nederland zit lood ook in de grond. Bijvoorbeeld op veengrond waar de bodem is opgehoogd en in wijken die voor de oorlog gebouwd zijn, het centrum van oude dorpen en steden en (oude) industriegebieden.
Je kunt het best bij je gemeente informeren of er bij jullie lood in de grond zit. In de grond kan het lood geen kwaad. Maar je moet ervoor zorgen dat je kind het lood niet te veel binnenkrijgt.
- Vul de zandbak met schoon zand.
- Laat kinderen niet op de kale bodem spelen. Bedek de bodem in de tuin met (kunst)gras, planten of tegels. Leg hieronder het liefst eerst een laag schone tuingrond of zand.
- Laat kinderen hun handen wassen na het buitenspelen.
- Kweek groenten en fruit in plantenbakken met schone grond (potgrond of tuinaarde).
Op ggdleefomgeving.nl lees je meer over de gevaren van lood. Daar kun je ook makkelijk doorklikken naar de GGD in je eigen regio, als je nog vragen hebt.
Buitenspelen van 6 tot 9 jaar
Kinderen vanaf 6 jaar gaan vaak zelf buitenspelen. Maak duidelijke afspraken over waar je kind gaat spelen, met wie en hoe laat je kind weer thuis moet zijn. Kinderen kunnen plotseling en zonder nadenken iets doen en houden zich niet altijd aan de afspraken. Vertel je kind de grenzen, die je stelt. Spreek ook af wat er gebeurt als je kind zich er niet aan houdt. Houdt je kind zich aan de afspraken? Zeg hem of haar dan ook hoe goed je dat vindt.
Buitenspelen van 9 tot 12 jaar
Oudere kinderen zijn gewend om buiten zelfstandiger te zijn. Ze spelen graag buiten, omdat ze dan andere kinderen ontmoeten. Ze gaan bijvoorbeeld graag samen voetballen of verstoppertje spelen. Natuurlijk is het ook leuk om zelf samen met je kind iets buiten te doen, bijvoorbeeld badminton.
Risico’s leren inschatten
Kinderen moeten tijdens het spelen de ruimte krijgen om te ontdekken. Zo leert je kind risico’s inschatten en durft je kind steeds meer. Kinderen vinden het leuk om uitdagend te spelen. Ze voelen daarbij opwinding, spanning en trots. Natuurlijk bescherm je je kind tegen risico’s. Maar een bult of een schaafwond is vaak helemaal niet erg. Door uitdagend te spelen krijgt je kind meer zelfvertrouwen en doorzettingsvermogen.
Weerbaar worden
Natuurlijk moeten kinderen nooit iets tegen hun zin doen. Ze mogen nooit met iemand meegaan die ze niet kennen. Leg dit goed uit, maar maak je kind niet bang. Je kunt het weerbaar zijn van je kind ook vergroten door een sport als judo.
