Voor een verre reis meet je gezin, bijvoorbeeld naar China of Afrika, moet je flink wat voorbereiden. Het is belangrijk om je kind te betrekken bij wat er gaat gebeuren. Als je een verre reis gaat maken, moet je soms tegen bepaalde ziektes ingeënt worden. In veel landen komen ziektes voor, die in Nederland niet (meer) voorkomen. Vooral jonge kinderen zijn vatbaar voor infectieziektes.
Ver weg: samen beleven
Voor kinderen is een verre reis spannend en leerzaam. Je hebt al veel pret vooraf!
- Betrek je kind bij waar jullie naartoe gaan.
- Houd bij het reizen rekening met wat je kind leuk en interessant vindt.
- Praat met elkaar over wat je ziet en meemaakt.
- Ga in op de verwondering en vragen van je kind. Geef informatie en leg zo nodig uit.
Hierdoor wordt het echt een gezamenlijke vakantie en je kind leert er veel van. Zorg ook dat je kind af en toe, onder jouw toezicht, zelf dingen kan doen.
Paspoort en visum
Het is verstandig om ruim van tevoren te controleren of je paspoort nog geldig is en of ieder kind een eigen paspoort of identiteitskaart heeft. Neem hiervoor contact op met de afdeling Burgerzaken van jullie gemeente.
Behalve een paspoort is het soms ook nodig om een visum te regelen, ook voor je kind. Een visum regel je bij de ambassade van het land waar je naartoe gaat.
Warm klimaat
- Tijdens de vakantie is het verstandig om veel water te drinken tegen uitdroging door de hitte.
- Je kunt eventueel bij de apotheek of de drogist vochtregulerende middelen kopen voor jezelf en voor je kind.
- Daarnaast kun je ook beter uit de zon blijven en de schaduw opzoeken.
Ziektes in het buitenland
Besmetting voorkomen
Ook als jij en je kind alle inentingen hebben gehad, is het van belang om besmetting te voorkomen. Er zijn er ook veel ziektes waarvoor je niet ingeënt kunt worden. Let daarom vooral goed op persoonlijke hygiëne, maar ook op de hygiëne van voedsel en drinkwater:
- Eet bijvoorbeeld geen rauw of half doorbakken vlees.
- Geef je kind in landen waar het kraanwater onveilig is alleen gekookt water of mineraalwater uit flesjes.
- Geef geen eten waarbij kraanwater is gebruikt, zoals fruitsalades en schep- of softijs.
- Gebruik ook geen ijsblokjes die gemaakt zijn van kraanwater!
Diarree
Als jij of je kind in het buitenland last krijgt van (acute) diarree, is het niet verstandig om diarreeremmers te nemen. De bacterie die de darmontsteking veroorzaakt, moet juist via de ontlasting het lichaam verlaten.
- Je kunt het best veel water blijven drinken en normaal blijven eten.
- Jonge kinderen kunnen door diarree makkelijk uitdrogen, zeker als het ook nog erg warm is. Daarom is het verstandig zakjes ORS voor hen mee te nemen op reis. ORS is een mix van zouten en druivensuiker of zetmeel, die je oplost in water.
- Was telkens goed je handen en eet geen voedsel dat over de datum is.
Malaria
Malaria is een infectieziekte die overgebracht wordt door muggen. Er zijn geneesmiddelen die malaria kunnen voorkomen. Niet elk middel is geschikt voor jou of voor je kind. Dat hangt af van de leeftijd, hoe lang je op reis gaat en tegen welk type mug je bescherming nodig hebt.
De malariamiddelen die je kunt gebruiken, voorkomen natuurlijk niet dat je gestoken wordt. Daarom is het verstandig om de volgende voorzorgsmaatregelen te nemen voor jezelf en voor je kind:
- Blijf binnen tijdens de ochtend- en avondschemering.
- Zorg voor kleding die de huid zo veel mogelijk bedekt.
- Gebruik horren en klamboes en behandel die met een anti-insecten middel.
- Voor zover bekend is het insectenwerend middel DEET het enige middel dat goed werkt tegen muggen en teken. Gebruik voor jonge kinderen max. 30% DEET en maximaal vier keer per 24 uur.
Welke inentingen zijn nodig?
De GGD, de apotheek, de huisarts of de reizigerspolikliniek kan vertellen welke inentingen nodig zijn voor welke landen. Als je een reis hebt geboekt, is het verstandig om dit minimaal 6 weken voor vertrek met je huisarts, GGD of een arts of verpleegkundige bij de reizigerspolikliniek te bespreken. Zij kunnen bepalen welke inentingen je nodig hebt op basis van jullie bestemming en de lengte van jullie vakantie.
Als je een lastminutereis hebt geboekt, is er waarschijnlijk weinig tijd voor inentingen. Neem in dat geval meteen contact op met je huisarts of GGD, zodat zij zo snel mogelijk de inentingen kunnen regelen.
Krijgen kinderen dezelfde inentingen?
Het kan zijn dat je kind dezelfde inentingen krijgt als jij, zoals tegen hepatitis A. Het kan ook zijn dat je kind sommige inentingen juist niet hoeft te krijgen, omdat het bijvoorbeeld al ingeënt is tegen bepaalde ziektes, zoals tegen difterie, kinkhoest, tetanus en polio (DKTP). Als je kind een bepaalde vaccinatie nog niet heeft gehad, zou die vervroegd kunnen worden.
Bespreek sowieso met je huisarts of de GGD welke inentingen je kind nodig heeft voor de vakantie, zeker als je kind nog erg jong en kwetsbaar is voor infecties. Op de website GGD Reisvaccinaties.nl vind je meer informatie.
Kijk voor meer informatie over vaccinatie adviezen per vakantieland op de website van het Landelijk Coördinatiecentrum Reizigersadvisering: LCR.nl.
Vliegen naar een verre bestemming
Als je met het vliegtuig gaat, kan dat duur zijn. Jonge kinderen tot 12 jaar krijgen vaak korting.
- Het is handig om van tevoren te informeren naar de regels van de vliegmaatschappij voor (hand)bagage, prijzen, de reistijd en een maaltijd aan boord.
- Als de reis lang duurt, is het verstandig om een (nek)kussen, lievelingsknuffels, speelgoed, kleurplaten of andere spelletjes mee te nemen in het vliegtuig.
- Overleg met je kind wat handig is om mee te nemen voor onderweg, zoals een (nek)kussen, boeken, een tablet of spelcomputer.
- Maak ook goede afspraken over het gebruik van de smartphone. In het vliegtuig moet de telefoon uit en internet buiten Europa kan duur zijn.
- Houd er rekening mee dat je kind last kan krijgen van reisziekte.
In het vakantieland
Eenmaal aangekomen is het wennen aan de nieuwe omgeving en het warme weer. Als jij en je kind last hebben van een jetlag, kun je het best overdag wakker blijven en ‘s avonds op tijd naar bed gaan. Probeer de eerste twee dagen niet te veel activiteiten te plannen. Ga op die dagen liever rustig de omgeving verkennen en lekker wandelen of neem een duik in het zwembad. Geef je kind ruimte. Maak wel afspraken over wat je puber wel en niet (zelfstandig) mag. Vertel wat je van je kind verwacht. Spreek je kind hier ook op aan.