Baby’s huilen vanaf het moment dat ze geboren worden. De ene baby huilt meer dan de andere. Hoe vaak en waarom huilen baby’s? Hoe kun je een baby troosten? En wat als niets werkt tegen het huilen?
Waarom huilen baby’s?
Een baby huilt als hij honger heeft, een schone luier wil, pijn heeft, zich niet lekker voelt (bijvoorbeeld door darmkrampjes) of gewoon moe is. Met huilen laat je baby merken dat hij iets nodig heeft. Sommige baby’s zijn erg gevoelig voor prikkels.
Lees meer over prikkels en je baby.
Je baby laat met huilen merken dat hij iets nodig heeft.
Probeer erachter te komen waarom je baby huilt door goed te kijken en te luisteren. Waar wordt je baby rustig van? Wat vindt hij of zij fijn en wat niet? Vertrouw op jezelf en ga af op je gevoel.
Hoe herken je signalen van je baby?
Soms stopt het huilen als je op de signalen reageert. Bijvoorbeeld door je baby te voeden, te verschonen of op tijd naar bed te brengen.
Soms helpt even niks en huilt je baby door.
Jeugdarts Willemien vertelt over het huilen van je baby:
De youtube video wordt niet getoond omdat de cookies niet zijn geaccepteerd. Ga naar https://www.youtube.com/embed/T15oh1IaBnA?si=hDw6x4W3ajF9HWW8 om hem alsnog te bekijken.
Hoe vaak huilen baby’s?
Sommige baby’s huilen meer dan anderen. Vanaf de geboorte gaan baby’s steeds meer huilen. Het is normaal dat baby’s in de eerste weken vaak en veel huilen. Rond 8 weken wordt het huilen meestal minder. Er zijn baby’s die het meest huilen als ze rond 4 weken oud zijn. Ze huilen dan gemiddeld een uur en 40 minuten per dag.
Andere baby’s huilen vanaf de geboorte tot 8 weken de hele tijd veel. Gemiddeld een uur en 16 minuten per dag.
Van 12 weken tot 1 jaar huilen baby’s gemiddeld nog een half tot een heel uur per 24 uur.
Na een paar maanden gaan baby’s minder huilen omdat ze dan vaak minder last krijgen van darmkrampjes. Ze kunnen ook steeds makkelijker laten weten wat ze voelen en willen. Na een tijdje leer je steeds beter wat je baby nodig heeft.
Na een paar maanden huilt een baby vaak alleen nog als hij of zij moe is of pijn heeft.
Wat is veel huilen?
Voor elke ouder voelt het huilen van een kind weer anders. Voor de ene ouder is drie uur per dag veel en voor de andere ouder één uur per dag.
Sommige baby’s huilen meer dan het gemiddelde. Baby’s die veel huilen, huilen ook harder en heftiger. Mensen noemen een baby die veel huilt vaak een ‘huilbaby’. Artsen noemen het ‘excessief huilen’ als een baby jonger dan 5 maanden vaak en lang achter elkaar huilt.
We weten niet waarom de ene baby wel en de andere baby niet veel huilt. Oorzaken kunnen zijn:
- een baby kan zichzelf de eerste drie maanden nog niet troosten
- het karakter van je baby
- darmkrampjes, koemelkallergie, verstopping of refluxziekte
- vroeggeboorte
- stress in het gezin, zoals geldzorgen, relatieproblemen of werkstress. Ook een depressie of angst bij de ouders kan meespelen. Als je zelf stress hebt, zie je de signalen van je baby misschien ook minder goed.
Bij de meeste baby’s (95%) is er geen lichamelijke oorzaak voor het vele huilen.
Tip: Schrijf eens 24 uur lang op hoe lang je baby huilde en wat je hebt gedaan. Dit ‘dagboek’ is handig om mee te nemen als je het huilen wilt bespreken met de jeugdarts of jeugdverpleegkundige.
Wat kun je doen om te voorkomen dat je baby veel huilt?
Genoeg rust
Rust is belangrijk voor baby’s, zeker tijdens de eerste weken. Leg je baby in bed als je merkt dat hij of zij moe is.
Als je kraamvisite krijgt, hoef je je baby niet aan iedereen te geven. Kijk goed of het niet te veel wordt voor je baby. Als je baby slaapt als het bezoek komt, laat hem of haar dan slapen. Zo blijft je baby in zijn of haar eigen slaapritme.
Vast ritme en regelmaat
Als je dingen iedere keer in dezelfde volgorde doet, weet je baby wat er komen gaat. Dit geeft een vertrouwd gevoel. Je kunt bijvoorbeeld zodra je baby moe wordt: je baby in bed leggen, laten slapen, wakker worden, voeden op verzoek, knuffelen, praten, samen spelen, alleen laten spelen en weer in bed leggen als hij of zij moe wordt.
Let daarbij goed op de signalen van je baby. Zo kun je het ritme van je baby leren herkennen en je eigen dagindeling erop aan passen.
Vaste gewoontes
Vaste gewoontes helpen ook. Verschoon je baby bijvoorbeeld altijd op een vaste plek en doe dat telkens op dezelfde manier. Gebruik ook een vaste volgorde (ritueel) bij het slapen gaan. Bijvoorbeeld eerst even zingen, dan knuffelen, voorlezen, in bed leggen en tot slot een muziekdoosje aanzetten. Stevig instoppen van het laken en de deken kan je baby helpen rustig te worden.
Minder prikkels
Zet bijvoorbeeld harde televisie of muziek uit. Laat broers en zussen niet te wild met de baby spelen. Je kunt ook speeltjes in de box weghalen, tot er maar twee of drie zijn.
Baby’s worden soms rustig van ‘white noise’: de hele tijd hetzelfde saaie geluid, waardoor andere geluiden minder opvallen. Door zo’n geluid kunnen baby’s soms makkelijker in- of doorslapen. Je kunt een app gebruiken om white noise af te spelen, maar er zijn ook apparaten, knuffels of muziekdoosjes met rustgevend geluid. Zet deze wel zacht aan om gehoorschade te voorkomen.
Draagdoek
Je kunt je baby regelmatig in een strakke draagdoek of draagzak dragen. Stevig lopen kalmeert veel baby’s. Klop zachtjes op de billetjes van je baby, in het ritme van je hartslag. Hier worden sommige baby’s rustig van. Met vragen over een draagdoek kun je terecht bij de Jeugdgezondheidszorg of een draagconsulent.
Hoe kies je een draagdoek of draagzak?
Donkere kamer
Komt er veel licht in de kamer waar je baby slaapt? Als je baby niet goed slaapt, kun je de kamer donkerder maken.
Hoe kun je je baby troosten?
Huilen hoort dus bij een baby. Maar troosten ook. Vroeger dachten mensen dat je een baby verwent als je hem of haar troost. Dat is niet zo. Baby’s moeten veel nieuwe indrukken verwerken en kunnen zichzelf nog niet goed troosten.
Dus troost je baby vooral. Bijvoorbeeld door je baby te knuffelen, tegen hem of haar te praten of met je baby rond te lopen.
Is je baby niet goed te kalmeren? Huilt je baby veel? Volg dan deze stappen, tot je baby rustig wordt. Soms gebeurt dat al bij stap 2 of 3:
- Stop je baby in bed stevig in met laken en deken. Je baby voelt zich omhuld en wordt niet meer onrustig door rondmaaiende armen en benen. Als stevig instoppen niet genoeg helpt, kun je je baby inbakeren. Wat is inbakeren en hoe doe je het?
- Pak je huilende baby op en houdt hem of haar op de zij dicht tegen je aan. Leg je baby wel altijd op de rug om te slapen.
- Maak shhh-geluiden. Zo sus je je baby.
- Wieg je baby zachtjes in bed, in het stoeltje of in de kinderwagen. Snelle, korte bewegingen werken vaak beter dan langzame bewegingen. Ondersteun het hoofdje wel goed.
- Zuigen maakt je baby rustig. Dat kan met een fopspeen of knuffeldoekje. Als je borstvoeding geeft, kan een slokje uit de borst je baby ook troosten.
Hoe kan de jeugdgezondheidszorg helpen?
Lijkt niets te helpen? Bespreek het huilen dan met de Jeugdgezondheidszorg.
- De jeugdarts onderzoekt je baby en kijkt samen met de jeugdverpleegkundige naar wat de oorzaken kunnen zijn.
- Zijn er problemen met de voeding of met slapen? Dan krijg je daarover advies. Soms krijg je een verwijzing naar een kinderarts of je huisarts. Ze kunnen ook vragen of je een 24-uurs huildagboek wil bijhouden.
- De jeugdgezondheidszorg denkt met je mee wat je nog meer kunt proberen om je baby te troosten. Je kunt ook meer uitleg krijgen over het vijfstappenplan (zie hierboven) en over hoe je je baby inbakert.
- Meestal heb je na een tijdje nog een afspraak om te bespreken hoe het dan gaat. Je mag altijd eerder contact opnemen als je je zorgen maakt.
Huilt je kind anders dan normaal? Zoals kreunend of zonder tranen? Neem dan meteen contact op met de huisarts of de jeugdgezondheidszorg.
Hoe houd je het vol als je baby veel huilt?
Als je een baby hebt die maar niet stopt met huilen, is dat heel moeilijk.
- Heb je een partner? Zorg dan om de beurt voor jullie kind.
- Woon je alleen, of werkt je partner ‘s nachts? Vraag eens iemand die je vertrouwt om op te passen. Misschien mag je baby er een nachtje logeren. Misschien kun je een oppas inhuren, als je het kunt betalen. Het is belangrijk dat je even iets voor jezelf kunt doen of kunt bijslapen.
- Je kunt met iemand afspreken dat je kunt bellen als het even te veel wordt.
Wat kun je doen als je wanhopig wordt van je huilende baby?
- Als niets helpt en je ‘s nachts weinig slaapt, kun je moe, wanhopig of boos worden. Dan kun je misschien niet meer goed op je baby reageren. Leg je baby rustig op een veilige plek, zoals het bedje of de box. Loop even weg en probeer rustig te worden.
- Hoe radeloos je ook bent, schud je baby nooit! Je baby kan daardoor een hersenbeschadiging krijgen.
Merk je dat je je baby hard wilt aanpakken of wilt slaan of schudden? Leg je baby op een veilige plek en neem direct contact op met de Jeugdgezondheidszorg of met je huisarts. Zij kunnen helpen.
Lees meer over het gevaar van het door elkaar schudden van je baby. - Vind je het, ook door het vele huilen, moeilijk om fijn contact te krijgen met je baby en een band op te bouwen? Of heb je weinig gevoelens voor je baby? Praat er altijd over met je huisarts, de Jeugdgezondheidszorgof een hulpverlener. Wacht liever niet met het vragen om hulp.

