Baby
Vaste voeding voor je baby mood picture

Vaste voeding voor je baby

Je baby krijgt vanaf het eerste oefenhapje stap voor stap meer vaste voeding. Wat kun je geven? Welke pap, broodbeleg en tussendoortjes zijn goed voor je baby? Wat is de Rapley-methode? Welke warme maaltijden maak je als je baby ouder wordt?

Eerste hapjes vanaf 4 maanden

Tot 6 maanden heeft je baby niets anders nodig dan borstvoeding of flesvoeding (kunstvoeding).
Vanaf 4 maanden kun je beginnen met het geven van kleine hapjes.
Als je je kind de eerste hapjes geeft, dan moet je kind rechtop zitten en goed kunnen slikken.

Lees meer over de eerste hapjes van een baby.

Babyhapjes vanaf 6 maanden

Vanaf zes maanden kun je stap voor stap de borstvoeding of flesvoeding gaan vervangen door ander eten.

  • Vanaf 5 of 6 maanden kun je je baby stukjes brood geven. Je kunt het ook dopen in borst- of kunstvoeding om het zachter te maken.
  • Vanaf 7 maanden kun je je baby ook een broodkorst geven. Zo leert je kind kauwen. Dat kan ook zonder tanden en kiezen. Je baby bijt en sabbelt met de kaken. Dat is goed voor de mondspieren.
  • Verder ga je gewoon door met de kleine oefenhapjes, alleen prak je ze nu iets minder fijn.

Download hier een voorbeeld dagmenu voor baby’s van 6 tot en met 7 maanden.

Op voedingscentrum.nl vind je meer tips voor het opbouwen van vaste voeding.

Stukjes eten voor je baby

Met de Rapley-methode geef je je baby geen geprakt of gepureerd eten, maar stukjes, die hij of zij zelf in de mond kan stoppen. Tot 6 maanden geef je je baby hierbij borst- of kunstvoeding als je baby er behoefte aan heeft.

  • Je baby moet goed rechtop kunnen zitten voordat je stukjes voeding geeft.
  • Geef stukjes die je baby makkelijk kan vasthouden, zoals een gestoomd of gekookt stronkje broccoli of schijfje appel. Het eten moet zo zacht zijn dat jij het kunt fijnknijpen met je vingers.
  • Snijd zachte ronde dingen als druiven en cherrytomaatjes altijd door. Dan kan je baby er niet in stikken. Je kind moet het eten zelf pakken en in de mond stoppen. Soms zal je kind wat kokhalzen. Dat is niet erg. Dat gebeurt om verslikken te voorkomen.

Het Voedingscentrum vindt het veiliger om te beginnen met geprakte hapjes en die steeds iets minder fijn te maken. Op voedingscentrum.nl lees je meer over de Rapley-methode.

Brood en beleg voor je baby

Je kunt een klein stukje brood besmeren met margarine.
Beleg is nog niet nodig, maar mag wel.
Geef bijvoorbeeld geprakt fruit, (light) zuivelspread, roerbak-ei, notenpasta of ongezouten pindakaas.

Pap voor je baby

Je kunt pap maken van warme opvolgmelk. Het is het beste om te beginnen met fijnere soorten pap, zoals meel of bloem van rijst of spelt. Daarna kun je langzaam overstappen op pap van havermout of tarwe en de grovere soorten. Het is beter om de pap te geven met een lepel in plaats van in een fles. Je baby leert hierdoor kauwen en slikken.

Je kunt pap ook met moedermelk maken. Pap met moedermelk is meestal dun.

Wil je je baby pap van rijstebloem geven? Doe dit liever niet elke dag. Wissel eens af met pap van andere granen. In rijstproducten kan veel ‘arseen’ zitten. Te veel arseen is niet gezond als je baby het vaak eet.

Babyhapjes vanaf 10 tot 12 maanden

Vanaf 10 tot 12 maanden leert je kind uit een beker drinken en leert hij of zij zelf eten met een lepel. Je kind gaat nu echte maaltijden eten.

Lees hoe je je kind kunt leren eten.
Lees hoe je je baby kunt leren drinken uit een beker

Download hier een dagmenu voor baby’s van 8 tot en met 11 maanden.

Kijk voor meer dagmenu’s voor je baby van 6 tot 8 maanden op Voedingscentrum.nl.

Warme maaltijd voor je baby

Een maaltijd is bijvoorbeeld een groentehapje met aardappel, rijst, pasta en een beetje vlees of vis.

  • Afwisseling is lekker en goed voor de ontwikkeling van de smaak van je baby. Geef je baby niet iedere dag rijst. Wissel af met aardappel, pasta en couscous.
  • Kook, bak of stoof het eten goed gaar. Prak het met een vork.
  • Voeg eens een theelepel olie of een klontje zachte margarine toe. Onverzadigde vetten zijn goed voor je kind. Het maakt het eten ook wat lekkerder.
  • Doe geen zout in het eten van je baby, want de nieren van kinderen jonger dan 1,5 jaar werken nog niet zo goed. Kruiden zoals basilicum, oregano, marjolein, dille, bieslook, bonenkruid, kaneel, nootmuskaat, peterselie en selderij, mogen wel.
  • Een toetje mag ook, zoals wat magere yoghurt of fruit. Je kunt ook borstvoeding geven na het eten.

Lees meer over opbouwen naar een maaltijd voor je kind tussen de 8 en 12 maanden op de site van het Voedingscentrum.

Tussendoortjes voor je baby

  • Geef je baby niet te vaak iets tussendoor. Je kind moet genoeg trek overhouden voor de gewone maaltijden.
  • Geef je wel iets tussendoor? Doe dit op een vast moment en geef maar een beetje. Zo leert je kind dat hij of zij alleen op die tijden iets krijgt.
  • Gezonde tussendoortjes zijn bijvoorbeeld fruit of rozijntjes. Maar denk ook eens aan doorgesneden kleine tomaatjes, een wortel of stukjes komkommer.

Vragen over voeding van je baby?

Heb je vragen over het eten van je baby? Of problemen bij het voeden van je baby?
Ga dan naar het consultatiebureau van de Jeugdgezondheidszorg of je huisarts.
Of neem contact op met de GroeiGids Ouderchat.