Wat is sociaal-emotionele ontwikkeling?
Sociaal-emotionele ontwikkeling gaat over omgaan met jezelf en anderen. Dat begint met het herkennen van gevoelens: ‘Ben ik boos, blij, verdrietig?’
Hoe ouder je kind is, hoe beter het woorden voor die gevoelens heeft. Je kind leert de gevoelens ook accepteren. Je kind mag best eens boos zijn, dat vertellen en bijvoorbeeld op een kussen slaan. Maar je kind mag geen anderen slaan of iemand uitschelden.
Als je kind eigen gevoelens begrijpt, leert hij of zij gevoelens van anderen ook herkennen. Je kind kan dan meevoelen met anderen, samen spelen, delen en een ander troosten.
Kinderen die goed met hun ouders omgaan, kunnen meestal ook goed omgaan met hun eigen gevoelens. Dat komt doordat ze weten dat ze met boosheid of verdriet altijd bij hun ouders terecht kunnen. Een kind dat sociaal-emotioneel goed ontwikkeld is, kan rustig blijven en goed luisteren. Je kind zet door als het even niet lukt en snapt regels goed.
Een kind dat sociaal-emotioneel sterker wordt:
- wordt minder vaak gepest;
- heeft meer zelfvertrouwen;
- gaat gemakkelijker om met anderen;
- kan zich op school beter concentreren.
Hoe laat een kind gevoelens zien?
Je kind laat gevoelens zien in hoe hij of zij zich gedraagt. Hoe dat is, hangt ook af van:
- Het karakter van je kind: het ene kind is eerder blij of boos dan het andere. Dat is niet erg;
- De situatie: op de tribune bij een voetbalwedstrijd kan een kind blijheid sterker laten zien dan bijvoorbeeld in de klas;
- De cultuur waarin je kind opgroeit: in sommige landen wordt jongens bijvoorbeeld geleerd om niet te huilen als er iets is. In steden vinden mensen het normaler dat jongens elkaar kussen dan in sommige dorpen.
Weet een kind niet goed hoe hij of zij met gevoelens moet omgaan? Dan doet je kind soms dingen die hij of zij eigenlijk niet wil. Zie je dit bij je kind? Vraag dan advies bij de Jeugdgezondheidszorg.
Hoe help je je kind gevoelens te herkennen?
- Als je kind nog jong is, help dan om woorden bij het gevoel te vinden. ‘Wat een verdriet. Heb je je pijn gedaan?’ Of: ‘Je kijkt zo bang. Ben je geschrokken?’.
- Luister naar je kind. Dan kun je gevoelens goed begrijpen en erover praten. Zeg bijvoorbeeld: ‘Ik begrijp dat je heel boos werd op de juf toen jíj de klas uit moest. Want Erica zat te kletsen’.
- Leg ook de andere kant van het verhaal uit. ‘Misschien zag of hoorde de juf niet goed wat er gebeurde’.
- Soms weet je kind niet of hij of zij boos, bang of verdrietig is. Probeer de gevoelens van je kind samen te benoemen.
- Hoe je gevoelens als boos, bang of verdrietig laat zien, leert je kind van jou. Geef dus het goede voorbeeld als je zelf boos of verdrietig bent.
Hoe help je je kind zich sociaal-emotioneel te ontwikkelen?
- Wees geïnteresseerd in wat je kind doet en zegt. Geef je kind warmte en aandacht.
- Neem de tijd om samen dingen te doen en te praten over de gevoelens van je kind. Je kind voelt zich begrepen, veilig en geborgen.
- Reageer positief, bijvoorbeeld met een knuffel of een compliment.
- Moedig je kind aan. Dat helpt hem of haar om ook lastige dingen aan te pakken.
- Steun je kind door rekening te houden met wat hij of zij wil.
- Geef je kind de kans om dingen zelf te ontdekken.
- Zeg dat je kind alles aan je mag vertellen.
- Vertel je kind dat je trots op hem of haar bent, maar overdrijf niet. Geef vooral complimenten als je kind erg zijn of haar best doet. Dat is belangrijk voor het zelfvertrouwen.
- Help je kind om naar zichzelf te kijken. Vraag naar gevoelens en waarom hij of zij iets doet.
- Laat je kind met andere kinderen spelen. Zo leert je kind omgaan met anderen buiten je gezin. Lees meer over samen spelen.
- Kinderen hebben afspraken en regels nodig. Regels en grenzen helpen je kind bij de ontwikkeling. Ze geven je kind duidelijkheid en een veilig gevoel. Je kind vindt die regels vaak niet leuk, maar ze helpen wel. Wees voorspelbaar en duidelijk, met veel liefde.