Sommige kinderen zijn gevoeliger voor prikkels, zoals geluid, licht, geur of aanraking. Prikkelgevoelige kinderen reageren hier sterker op dan andere kinderen.
Wat is prikkelgevoeligheid?
Prikkelgevoelige kinderen kunnen onverwacht, warrig of vreemd reageren. Prikkelgevoeligheid heeft te maken met hoe de hersenen en zenuwen dingen die je ziet, hoort, ruikt, voelt of proeft verwerken. Bij prikkelgevoelige kinderen gaat dat anders dan bij andere kinderen. Je kind kan hier veel last van hebben.
Een kind kan dus overprikkeld raken door te veel indrukken, die op hem of haar afkomen. Overprikkeling kan ook komen door te veel gedachten of drukte in het hoofd van een kind. En sommige kinderen zijn gevoeliger voor hun eigen emoties en die van anderen.
Als een kind ergens sterk op reageert, kan hij of zij prikkelgevoeliger zijn dan andere kinderen. Maar dit hoeft niet zo te zijn. Bij heel jonge kinderen is het soms lastig vast te stellen waardoor ze zich anders gedragen. Veel huilen of slecht slapen kan bijvoorbeeld ook komen als je kind moeilijk omgaat met gevoelens.
Verwerken van prikkels
We hebben vijf zintuigen: de ogen om te zien, de tong om te proeven, de neus om te ruiken, de oren om te horen en de huid om te voelen. Die zintuigen krijgen prikkels uit de omgeving en zorgen ervoor dat je goed kunt reageren. Ons lichaam kan kiezen welke prikkels belangrijk en niet belangrijk zijn. We kunnen prikkels dempen, bijvoorbeeld de radio zachter zetten. Kinderen, die gevoelig zijn voor prikkels ervaren de informatie die binnenkomt heel sterk. Ze kunnen deze moeilijk negeren.
Symptomen prikkelgevoeligheid
De symptomen van prikkelgevoeligheid zijn voor elk kind anders. Sommige kinderen hebben problemen met de motoriek (bewegen). Andere krijgen gedragsproblemen. Prikkelgevoelige kinderen kunnen:
- soms moeilijk stil zitten in de klas;
- snel boos of angstig worden;
- zich slechter concentreren;
- een hekel hebben aan lawaai en drukte;
- alle geluiden even belangrijk vinden;
- vaker vermoeid zijn;
- onhandig zijn. Ze hebben bijvoorbeeld moeite met eten met bestek of gooien vaak iets om;
- gevoelig zijn voor aanraking. Ze ervaren een aai over de bol bijvoorbeeld al als pijnlijk.
Sommige kinderen ervaren sneller symptomen van prikkelgevoeligheid, zoals bijvoorbeeld kinderen met autisme of ADHD. Maar ook kinderen die hoogbegaafd zijn of veel gamen, computeren of tv-kijken kunnen sneller overprikkeld zijn.
Hoe help je je prikkelgevoelige kind?
Het is belangrijk dat je kind zich begrepen voelt. Probeer erachter te komen in welke situaties je kind overprikkeld raakt. Let op tekens die je kind geeft, zoals geïrriteerd raken, op de stoel wiebelen, angstig of stil worden. Bedenk samen per situatie wat je kunt doen om met de prikkelgevoeligheid om te gaan.
- Zie je een stemmingswisseling bij je kind aankomen of raakt je kind overprikkeld? Neem hem of haar even apart en voeg een pauze of time-out in. Sommige kinderen hebben een rustige plek nodig of willen even naar een muziekje luisteren. Andere moeten hun energie kwijt en willen even bewegen.
- Zoek (sport)activiteiten die bij je kind passen.
- Praat met je kind over wat hij of zij voelt en waar hij of zij behoefte aan heeft.
- Zorg voor afwisseling in drukke en rustige activiteiten op een dag. Ook op school is dit belangrijk.
- Laat je kind van tevoren rust nemen als hij of zij naar een plek gaat met veel prikkels, zoals een kinderfeestje.
- Probeer hulpmiddelen, zoals een geluiddempende koptelefoon, een zonnebril tegen fel licht, ‘fidget toys’: speelgoed waar je rustig van wordt, een verzwaringsdeken of het afspelen van ‘witte ruis’ (te vinden op YouTube en Spotify).
- Spreek met je kind een teken af, dat hij of zij kan geven als het te veel wordt. Leer je kind om zelf grenzen aan te geven.
- Kom je er zelf niet uit en heb je steun nodig? Vraag bij de Jeugdgezondheidszorg of huisarts naar een therapeut die je verder kan helpen.
- Meer informatie over overprikkeling lees je op Hersenstichting.nl
Verschil prikkelgevoelig en hoogsensitief
Er is een verschil tussen prikkelgevoeligheid en hoogsensitiviteit. De gevoeligheid voor indrukken bij hoogsensitieve kinderen heeft vooral te maken met de diepe verwerking van wat ze meemaken. Niet zozeer met prikkelgevoeligheid van het zenuwstelsel.